woensdag 28 april 2010

Afscheid

Gisteren was ik een blog aan het typen. Toen kregen we het onvermijdelijke nieuws. We waren al twee dagen aan het waken bij mijn schoonvader die de laatste momenten van zijn leven meemaakte.

Even was er ruimte voor ontspanning bij mijn schoonzus. Prompt werden we gebeld. Mijn schoonvader is overleden. Rustig heengegaan terwijl even een paar seconden niemand om hem heen stond.

We hadden het gehoopt. De hele waakzame nacht zagen we hem lijden en snakken naar adem. Af en toe een schrapend en gorgelend geluid, alsof de adem niet meer doorkwam. Dan stonden we al snel weer aan zijn bed om te moeten constateren dat hij na enkele seconden weer rustig verder ademhaalde.

De periode rond het overlijden van zo'n dierbare is onwerkelijk. Hoe zal het zijn? Hoe zal hij heengaan? Vragen waar we geen antwoord op hadden. Vrijwel mijn hele familie had vrij gekregen om de laatste tijd met vader en opa door te maken.

Terwijl hij daar zo lag ging het leven gewoon verder. De tv verkondigde het nieuws van alledag. De kranten gaven het nieuws gewoon door. Op internet ging alles door alsof er niets aan de hand is. En dat geldt voor die miljoenen mensen op de wereld. Daar gaat het leven gewoon door. Voor ons wordt het leven even stilgezet. En voor een persoon zelfs helemaal stilgezet.

Mijn schoonvader ligt nu in zijn slaapkamer opgebaard. We moeten dingen gaan regelen rond de uitvaart en plechtigheid. Een mooie tijd. Een onwerkelijke tijd. Een treurige tijd. Een tijd van vragen zonder antwoorden. Een tijd van "hadden we maar". Een tijd van terugkijken en -denken. Voor alles is een tijd. Ook een tijd van rouwen en afscheid nemen. We nemen die tijd maar even. Met een vakantieperiode erna.

dinsdag 27 april 2010

mooie nieuwe dingen

Soms moet je woekeren met de tijd. Is de tijd zo kostbaar dat er iets aan moet geloven. Dat gold de afgelopen tijd zeker voor deze blog. Geen desinteresse of te weinig nieuws te melden. Integendeel, teveel te doen en te beleven om nog tijd te vinden om eens stil achter de computer te worden.

Een greep uit de afgelopen tijd.

Brunch en Viering
Werkelijk een stortvloed aan mensen zijn ons de afgelopen maanden toegevallen. We beginnen al bijna op een kerk te lijken, met hoogtepunten tijdens Kerst en Pasen, toen we tussen de 45 en 50 mensen mochten ontmoeten. En dat in een zaaltje voor hooguit 35 mensen. Stoelen konden niet worden aangesleept. Tussendoor zien we ook een steeds grotere aanwas van bezoekers. Meestal voor de brunch, maar ook in toenemende mate voor de viering. Mensen geven terug het geweldig te vinden, alleen... een beetje klein. Dus kijken we concreet uit naar iets nieuws waar we in ieder geval de zondagen kunnen doorbrengen.

Voorbereidingen
Veel tijd is gegaan naar bijeenkomsten binnen het "koppelteam": een voorbereidingsteam dat de vriendschap tussen Villa Klarendal en de (Vrijgemaakte) Koepelkerk voorbereidde. Toen die vriendschap eind december werd beklonken, konden aan de uitwerking beginnen. Hoe kunnen we de Villa verder vormgeven en op welke manier speelt de vriendschap daarbij een rol. Een supervisiegroep is ingesteld, die facilitair gaat zorgen voor het werk (boekhouding, PR, nieuwsbrieven) en die de werkers gaat begeleiden. Daarnaast is een leiderschapsteam ingesteld van drie mensen (twee mannen, een vrouw) die de hoofdleiding over de Villa heeft. Verder hebben we gesproken over de meer concrete, alledaagse leiding. En wat de denken van de gevolgen van het loskomen van "moeder" Youth for Christ: het zelfstandig worden van een Villa Klarendal tot de "christelijke wijkgemeenschap Villa Klarendal", die als zodanig is ingeschreven in het register van kerkgenootschappen. En het starten van een stichting met de benodigde statuten. Deze stichting Villa Klarendal zal de welzijnsactiviteiten onder haar hoede nemen. Eind maart kregen we een geboortekaartje van de geboorte van een tweeling: de wijkgemeenschap en de stichting hadden het licht gezien. 1 juli is het formele moment van overdracht, maar (kerkelijke) wijkgemeenschap en stichting staan al klaar.

Bidden in een missionaire omgeving
Een prachtig onderdeel van Villa Klarendal is het regelmatig gebed voor elkaar. Wat zijn er de laatste maanden gebeden verhoord! Verhuizingen die uit de lucht kwamen vallen. Genezingen van mensen. Oplossingen voor geuite problemen. Visa's die plotseling vrijkwamen. Betaald werk na een tijd van werkloosheid. Als we vaste bezoekers vragen wat hen zo opvalt is een van de eerste opmerkingen: onze gebeden worden er verhoord. Daar geniet ik met volle teugen van. We willen voor de 100% gehoorzaam zijn en doen wat God van ons vraagt. We laten daar veel voor schieten. We bidden dat God mensen de ogen opent. Als dan de gebedsverhoren van bezoekers worden verhoord, zien ze concreet voor hun ogen gebeuren dat God een levende God is.

dinsdag 20 april 2010

Column Friesch Dagblad 18: de missionaire gemeente

Er lijkt een nieuw modewoord in christelijk Nederland op te duiken. Hele artikelen worden eraan besteed. Boeken erover gaan als zoete broodjes over de toonbanken van de christelijke boekwinkels. Veel kerken storten er zich met noodzakelijke commissies bovenop. De grootste protestantse kerk is anderhalf jaar bezig om het in tachtig regio’s te promoten. De missionaire kerk, de missionaire gemeente, missionair werk.

Het missionaire werk van de PKN is blijkens een persbericht bedoeld om een einde te maken aan de leegloop van kerken. ‘Met een nieuwe campagne wil de PKN op verschillende manieren nieuwe gelovigen bereiken.’ Speciaal daarvoor is een boek uitgegeven met dertig kansrijke missionaire modellen.

Ik weet niet hoe u het vergaat, maar als ik dit lees krijg ik een tweeledig gevoel. Enerzijds ben ik verheugd dat de grootste protestantse kerk, waar mijn kerkelijke wortels in te vinden zijn, zich bezint op zijn positie in deze wereld. Het is verblijdend dat er nieuw elan wordt gegeven aan het nadenken over wat de eigen gemeente in deze wereld betekent en op welke manier die gemeente voldoet aan haar kernroeping om mensen discipelen te maken. Dat er in het spoor van deze kerk gelijktijdig in andere kerken, van vrijgemaakt tot pinksterbeweging, wordt opgeroepen om het gezellige clubhuisgevoel te verlaten en zich weer bezig te houden met wat er werkelijk toe doet. Wat dat betreft alleen maar lof voor die initiatieven en een verlangen dat dit een daadwerkelijke verandering teweeg brengt.

Dat brengt me tegelijkertijd tot wat twijfels. Want dit is niet de eerste keer dat van bovenaf is geprobeerd om verandering in ons vastgeroeste kerkelijke land te brengen. Ik heb ze helaas bijna allemaal meegemaakt, de programma’s die het heil zouden brengen aan de toekomstige generatie in ons land.

- Evangelism Explosion: dat moesten we doen.

- Discipling A Whole Nation (DAWN): een missionaire strategie om het doel van wereldevangelisatie te verwezenlijken.

- Willow Creek: zorg voor laagdrempelige diensten voor ongelovigen en ze zullen komen!

- Doelgericht leven: in 40 dagen verandert de gemeente en zullen velen zich bij de gemeente aansluiten.

Werkwijzen en methodes die over ons christelijke land werden uitgestrooid en waar we allemaal in volle vaart achteraan liepen. Met in het kielzog het aanschaffen van materiaal van de basisorganisatie en de kosten voor de meestal niet zo goedkope conferenties.

Zijn er veel mensen door tot geloof gekomen? Ik weet het niet, ik ken de cijfers niet. Feit is wel dat de officiĆ«le statistieken over kerk(gemeente)bezoek over de hele christelijke marge een daling en geen stijging laten zien. De beloften van al deze programma’s zijn dus niet terug te vinden in de statistieken.

Dan is er dus iets anders aan de hand. In de praktijk bleek slechts een klein deel van de kerk of gemeente enthousiast voor die programma’s. En zelfs als de hele gemeente enthousiast meedeed, zakte het elan in, omdat het programma geen nazorg bood. De 40 dagen waren voorbij. Het waren mooie dagen geweest. We hadden veel geleerd. We gingen weer over tot de orde van de dag.

De gedachtegang achter die programma’s is nog steeds de maakbaarheid van de samenleving. Bied een programma aan dat elders succes heeft en het zal ook in jouw omgeving de gewenste resultaten opleveren.

Bij al die succesverhalen werd vooral ingezoomd op de groei van het aantal bezoekers. De vraag is of die westerse aanname gelijk is aan die van God in de Bijbel. Welk kansrijk missionair model lag ten grondslag aan het ontstaan van de eerste gemeente nadat Petrus zijn toespraak had voltooid? Stelde Jezus een commissie in om de discipelen te laten nadenken over het discipelen te maken?

Ik wens de missionaire gemeente veel heil en zegen toe. Met niet alleen maar een nieuwe stroom van boeken, conferenties en denktanken, maar met een hernieuwd zoeken naar wat God in deze tijd wil gaan doen.

zaterdag 10 april 2010

"Foutje moet kunnen, baas"

Een bekende uitspraak van een programma dat onze kinderen vroeger veel keken en waar wij mee keken. Een klungelige bommenmaker liet zijn bommen meestal iets te vroeg afgaan waardoor weer een deel van de boot of de plek waar hij was in rook opging. Waarna deze uitspraak kwam.

Een paar weken geleden was ik op een conferentie van Gemeentestichting.nl onder de titel Failing Forward.

In onze samenleving is het maken van fouten heel erg mis. Gebeurt dat, dan word je direct afgeserveerd. Dat geldt helaas ook binnen kerken en christelijke kringen. Alles wat gebeurt moet direct volmaakt zijn en perfect. Als we dan een fout maken, dan is het wel heel erg mis.

De conferentie wilde gemeentestichters een hart onder de riem steken om zich vooral niet te schamen voor het maken van fouten. Als we bang zijn om fouten te maken, durven we niet meer te experimenteren. Als dat niet gebeurt, zal gemeentestichten steeds minder gebeuren.

In de week voorafgaand aan de conferentie werd ik geconfronteerd met mijn eigen falen. We hadden een interne mailwisseling binnen het hele team. Een vraag van een van de teamleden prikkelde mij en mijn vrouw. Waardoor wij niet alleen op de vraag zelf reageerden, maar ook op het gevoel dat wijzelf kregen bij die mail. We lazen dingen in de mail en maakten daarbij onze eigen conclusies. Vervolgens reageerden wij vanuit onze conclusies in een antwoordmail aan iedereen. De vrijdag voor de conferentie kwamen we daarom bijeen met de hoofdpersonen. We kwamen tot de conclusie dat vanuit het eigen gevoel en vooroordeel reageren op mails zonder het principe van hoor en wederhoor toe te passen geen goede manier van werken is. In mail zie je niet hoe de ander non-verbaal reageert. Dus maakten we afspraken om als we een gevoel of vragen zouden krijgen bij een mail, niet vanuit dat gevoel zouden mailen. In plaats daarvan is het beter die vragen of dat gevoel telefonisch of in een persoonlijk gesprek aan de ander voor te leggen.

Op de conferentiedag zelf werd ik gevraagd voor het publiek iets te vertellen over mijn ervaringen met falen. Dat kun je hier beluisteren.

Ik kon niet anders dan mijn ervaringen van de week daarvoor voor ogen te nemen. "Wat zou je anders doen" was een van de vragen. Mijn antwoord daarop was om meer te investeren in de relatie met mensen met wie we werken. Toen we begonnen, was ons doel om er voor mensen in de wijk te zijn. Om die mensen te helpen iets te gaan begrijpen van ons geloof. We waren zozeer gericht op de mensen in de wijk, dat we ons eigen team vergaten. We waren een werkteam en niet zozeer tericht op de eigen onderlinge gemeenschap. Nu we de richting van gemeenschapsvorming (gemeentestichting) op gaan, wordt dat stees belangrijker. Dus heb ik mij voorgenomen meer te gaan investeren in de mensen met wie we nauw samenwerken.

Naar elkaar toe konden we zeggen dat we pijn hebben van de fouten. Tegelijkertijd mogen we tegen elkaar zeggen "foutje moet kunnen". En we mogen weten dat ook God dat zelf tegen ons zegt. Dat is vreemd in de cultuur onder Nederlandse protestantse christenen, die sterk zonde- en schuld gericht is. Dat God ruimte geeft aan fouten en missers is een eye opener. En geeft tegelijkertijd ruimte om te mogen werken en experimenteren.

vrijdag 2 april 2010

Interview met een bezoekster

Een tijd geleden hielden we een interview met een bezoekster in Villa Klarendal. Dit interview is eerder gepubliceerd in de nieuwsbrief van november/december, maar is mooi om ook hier te delen.

Hoe oud ben je, en hoe lang woon je al in Klarendal?
Ik ben 40 jaar, en ik woon nu 16 jaar op Klarendal. Sinds de geboorte van mijn dochter.

Sinds wanneer kom je bij Villa Klarendal, en naar welke activiteiten?
Ik kom sinds 2 jaar naar Villa Klarendal. Ik bezoek de brunch & viering en de koffieochtend, en ik ga sinds maart ook naar de huisgroep. Mijn oudste dochter gaat naar de meideninloop, mijn twee andere kinderen nemen deel aan de bijbelclub. Eerst op dinsdag, nu op zondagochtend.

Waarom kom je juist bij die activiteiten?
Ik vind het gezellig, en ik vind het fijn om iets van de kerk te bezoeken. Voor de kinderen vind ik het belangrijk dat ze de verhalen uit de bijbel horen. Ik vind het fijn mensen te ontmoeten, en ergens bij te horen.

Wat vind je van Villa Klarendal?
Ik vind het gezellig, en ik ga met plezier. Voor de verhalen, om me met God bezig te houden. In een andere kerk is het vaak een beetje saai, en ingewikkeld. Hier voel ik me op mijn gemak,hoef ik niet zo lang stil te zitten, en duren de preken niet zo lang.

Wat zou van jou mogen veranderen?
Meer dagjes uit, en dat er niet zoveel nieuwe mensen komen. Het is wel leuk, maar straks is er geen plek meer. Meer activiteiten voor de kinderen zou ook leuk zijn.

Wat wens je Villa Klarendal toe?
Dat het blijft bestaan. Dat het goed draait, maar dat moeten we allemaal samen doen. Dat we veel subsidie krijgen van de gemeente.