zondag 27 mei 2007

Vrijwillig missionair werker of zendeling?

Vandaag waren we voor het eerst sinds drie maanden weer eens terug bij de kerk waar we jaren bij betrokken zijn geweest. Leuk om er weer even terug te zijn. Mensen reageren er altijd positief op als we er weer zijn. Dan kunnen we weer eens uitwisselen wat er bij ons gebeurt, maar ook om te horen hoe het met gemeenteleden gaat.

Vandaag was er ook een zendelinge die al een halfjaar niet in de gemeente was geweest. Zij werd gevraagd naar voren te komen om iets te vertellen over haar belevenissen in het land waar ze woont. Wat ze vertelde was ronduit bemoedigend. Mensen die gelovig worden, hun leven aan Jezus geven, ongeacht hun leeftijd.

Het feit dat die zendelinge naar voren werd gevraagd, gaf me wel wat vraagtekens. Want wanneer ben je nu een "zendeling"? Is dat pas het geval als je ver over de landgrenzen bent verhuisd naar een andere cultuur? Wat deze zendelinge meemaakte was geweldig, maar eigenlijk niet eens zoveel anders dan wat wij regelmatig meemaken. In de tijd dat we nu in Klarendal werken, zijn we, uitgezonderd tijdens spreekbeurten, nooit naar voren gevraagd om te vertellen hoe het met het zendingsveld dicht bij de deur gaat.

Och, hij is ook gewoon werkzaam in de samenleving. En in zijn vrije tijd doet hij het een en ander in zijn wijk. Dat is het gevoel dat ik daarvan krijg. Ik denk niet dat dit een juiste constatering is. Natuurlijk zijn er mensen die erg met ons meeleven. En weten dat het werk dat we in vrije tijd doen, van groot belang is. Waarom wordt dan toch de ene zendelinge wel naar voren gevraagd, en de andere nooit?

Ik denk dat dit ook te maken heeft met een onderwaardering van missionair werk in Nederland. Zolang je in eigen land blijft, blijf je deel uitmaken van de eigen cultuur en is het verhaal niet zo interessant. In feite kan iedereen het doen. Alleen... bijna niemand doet het. En als je het wel doet, is het alleen maar leuk dat jij het doet. Ik kan me nog goed de frustratie van werkers onder moslims in Nederland herinneren die met moeite hun hoofd boven water konden houden. Zendelingen in andere moslimlanden werden financieel ondersteund. Konden rustig hun werk doen. Voor de werkers in eigen land was geen geld.

Dit soort houdingen bevreemden mij. Want wat naast de deur gebeurt is net zozeer zendingswerk als ver weg. En ook al heb je een fulltime job in de samenleving, dat deed Paulus toch ook? Die was "tentenmaker" en in vrije tijd verkondigde hij de blijde boodschap. "Tentenmakers" zijn er niet meer in de letterlijke zin van het woord. In figuurlijke zin zij ze er zeker nog wel: mensen die uitgezonden worden, in hun eigen onderhoud voorzien en daarnaast in vrije tijd uitreiken naar de mensen in hun buurt. Dus mag ik me met een gerust hart een "tentenmaker" noemen. Mijn eigen werk bekijkend ben ik een "stukkenmaker" (nee, geen stuk-maker...).

Ach wat zegt het woord en de houding van anderen. Ik weet dat ik dingen doe die kloppen met wat God wil. Daarom kan ik rust en vrede ervaren met wat ik doe. Maar af en toe moeten bepaalde dingen me toch van het hart. In de hoop dat de lezer deze klaagzang op zijn juiste merites beschouwt.

zaterdag 26 mei 2007

de eindstreep?

Luid gejuich klinkt op. Een man rent door het stadion. Hij vliegt langs de baan. Hij rent over de streep. En met alles wat in hem is begint hij te juichen, want hij is er! Het stadion wordt stil. De man juicht. Maar waarom? Hij is net over de startstreep gelopen.

Een wat vreemd verhaal. Ik moest aan dit beeld denken, toen ik deze week een interview las met Brian McLaren, een van de Amerikaanse voormannen van de emerging church, in Outreach & Evangelism.

De kerk, zo stelt hij, heeft van het startpunt de finish gemaakt. Als je maar eenmaal over het startpunt bent, ben je gered. Hoera de bekeerling is zo ver. Hij mag zich een christen noemen. Het gaat er echter om dat iemand gedurende zijn hele leven leert om een christen te zijn. Dat gaat veel verder dan het moment van bekering, onze doop of belijdenis, of het moment waarop de Geest voor het eerst over ons kwam. Discipelschap leren we door het leven heen en niet door een boekje voor onze neus te hebben waar we de regeltjes uit leren.

Dat we allemaal nog behept zijn door de regeltjes, merkte ik laatst nog. De Alphacursus is daar redelijk van doorspekt. En zoals te doen gewoonlijk gaven we de deelnemers de kans zichzelf zodanig over te geven aan de Geest dat Hij in hen kon gaan werken. En toen werd het stil. Bleef het stil. Na de afsluiting dacht ik: gaat het nu om het momentum aan mensen op te dringen, of werkt de Geest zoals Hij wil? Ik moest erkennen dat het laatste het geval is. Niet wij kunnen mensen dwingen of dringen zich aan de Geest over te geven. Dat doet Hijzelf!

Als wij relationeel willen werken zoals Jezus deed, moeten we leren om te stoppen te denken in van die speciale momenten. De Geest leidt mensen. Hij geeft ze ruimte om dicht bij ons te komen, het evangelie te horen, het aan te nemen en daarin verder te groeien. Maar laat dat een organisch proces zijn en geen menselijk spel waarin mensen een bepaalde richting op gemanipuleerd worden. God werkt toch wel door. Als wij het maar voorleven en vertellen.

woensdag 23 mei 2007

Waar word je blij van?

Het hoera gevoel van het moment. Met enkele voorgangers uit mijn plaats Arnhem was ik samen aan het delen. Het gesprek komt op "de daar word je blij van krant" die besteld kon worden tegen een redelijk tarief. De boodschap van blijheid in ieder huis van de stad. Dat zouden een aantal kerken gaan doen. Want iedereen wil toch blij zijn en mag met het 100-jarig bestaan van de Pinksterbeweging toch eens weten dat er mensen zijn die dat regelmatig zijn?

Met de krant zou ook een uitnodiging worden gedrukt om op 12 mei te kunnen langskomen bij een van de Pinksterkerken in de stad of regio. Mijn zoon ging op de bewuste dag helpen. Ze zouden gaan jammen met de muziekband en zo de bezoekers van een prettig achtergrondje voorzien. Thuisgekomen was er geen sprake van een hoeramoment. Er was op de middag zeggen en schrijven een persoon geweest. En die is al redelijk bekend met kerkelijk Arnhem.

Op dezelfde dag hadden we een Alphacursus met zeven vrouwen in Het Broek, een van de "probleemwijken" in Arnhem. We hadden deze vrouwen niet gevraagd naar onze "kerk" of "club" toe te komen. We hadden een paar leren kennen, doordat ze met vriendinnen meekwamen naar Villa Klarendal. Daar voelden ze zich thuis en bleven komen. Door omstandigheden lukte het niet meer te komen. Maar ze wilden wel graag een "Alphacursus-aan-huis" doen. We beginnen met samen eten en ons leven delen en daarna nemen we een hoofdstuk van de Alphacursus door.

Hier kan een hoeramoment op zijn plaats zijn. Want waar is het mogelijk zomaar zeven vrouwen uit niet-meer-zo-kerkelijke achtergrond samen te brengen rondom Gods Woord. Toch willen we er nuchter onder blijven. Als God het huis niet bouwt...

Twee manieren van werken. De een niet slechter dan de ander. Wellicht is de een meer gericht op de "oude manier" van werken: nodig mensen uit via de krant en ze komen wel naar je toe... De ander is onder mensen en nodigt ze uit om samen dingen te doen, waaronder het lezen van de bijbel... Bij de een leggen we veel geld op tafel om toch maar zoveel mogelijk mensen te bereiken, waardoor uiteindelijk... één goed bekend staande christen langskomt... Bij de ander kookt telkens een van de groep van eigen geld een maaltijd waar we allemaal van genieten...

Ik denk niet dat ik hoef uit te leggen waar ik blij van word...

zaterdag 19 mei 2007

Hoe kijken christenen naar hun ongelovige omgeving?

We hebben zo weinig contact met onze buren. Hoe komt dat toch? Waarom gaan onze buren niet mee naar de kerk? Waarom komt het dat christenen zo weinig effectief zijn in het bereiken van hun naaste buren? Hoe kijken christenen naar hun ongelovige omgeving?

Klik hier om mijn gedachten hierover te lezen

donderdag 17 mei 2007

Een indentificatiefiguur?

Hemelvaartdag betekent in deze omgeving steevast een wandeling maken over de Hommelsemarkt. Een grote markt van ettelijke kilometers die door de rand van onze wijk Klarendal heen loopt. Dat doen wij dus ook al zo lang als we in Arnhem wonen. Zo ook op deze dag. En dat heb ik geweten.

Al lopend ben ik vooral gefixeerd op de spullen die op de marktkramen liggen. Om de zoveel meter word ik echter uit mijn fixatie gehaald door iemand die mij kent uit de omgeving. Ze vragen hoe het met me gaat. Ze wuiven naar me of geven gewoon een knipoog. Op een van die ogenblikken ben ik waarschijnlijk heel ver weg in mijn gedachten verzonken. Totdat mijn kinderen mij uit die gedachtenwereld terughalen naar de realiteit. Of ik soms doof ben of zo. Ik kijk om me heen om te zien wat ze bedoelen. En ja hoor: een meisje van net vier jaar, dat we regelmatig in Villa Klarendal ontmoeten, loopt aan de hand van mijn moeder naar mij te roepen. En nu wuif ik terug, noem haar naam en zeg zoiets als "hallo, leuk dat jij hier ook bent".

Dat zet me aan het nadenken. Waarom noemt zo'n kind mijn naam? Ze had me ook straal voorbij kunnen lopen. Dat doet ze niet. In plaats daarvan schreeuwt ze uit man en macht mijn naam. Er is een teken van herkenning. Blijkbaar ook van verwantschap. Ze ziet me elke zondag (of zo vaak als ze er is) leiding geven, zingen, verhalen uit de bijbel vertellen. Maar is dat alles? Of zal ze ook ervaren hoezeer ik regelmatig geniet van de aanwezigheid van deze kleine hummels? Door haar een aai over het hoofd te geven. Door naar haar te luisteren.

Welke voorbeelden hebben kinderen uit onze wijk om zich aan op te trekken? Ik vraag me af of er mensen zijn in haar omgeving met wie ze zich op een positieve manier kan identificeren. Bij wie ze zo iets heeft als: "zo wil ik later ook zijn". Wat zou het mooi zijn als wij in onze wijk zulke indentificatiefiguren mogen zijn. Niet om op een voetstuk te worden gezet. Maar juist, omdat we zijn zoals we zijn. Zonder enige vorm van opsmuk. Waarvan kinderen, jongeren en volwassenen zeggen dat ze er iets aan hebben. Zoals enkelen laatst nog tegen me zeiden: "je bent een rots in de branding". Of zoals iemand anders over een andere teamgenoot van ons zei: "zij is voor mij een uitlaatklep". Wijkbewoners hebben behoefte aan een identificatiefiguur. Ik hoop dat ik er een mag zijn voor hen!

maandag 14 mei 2007

Beelden bijstellen

Vandaag hadden we zoals elke week een "brunch en viering": eerst samen eten, daarna zingen, een verhaal uit de bijbel vertellen en bidden. We zagen bepaalde kinderen binnenkomen en dachten bij onszelf dat het vandaag wel weer druk zou gaan worden. Inderdaad waren die kinderen tijdens het zingen, het verhaal en het bidden bijna niet stil te krijgen. Af en toe waren ze onder de indruk. Maar het volgende moment lagen ze weer in een slappe lach. In onze ogen was het vanochtend druk.

Vanochtend waren er wat nieuwe mensen. Na afloop vroegen we wat ze ervan vonden. Tot onze verbazing zeiden ze dat ze het zo fijn vonden, omdat het bij ons zo rustig was!

Wij concludeerden achteraf dat we allemaal een situatie door een bepaalde bril bekijken. Wij bekeken de ochtend door de bril van een gemiddeld middenklassepersoon die wil dat het doodstil is als er iets verteld wordt. De andere mensen stoorden zich niet aan de geluiden en de lachjes. Die waardeerden de geest (Geest?) die op de ochtend aanwezig was.

Missionair?

Blaahhh, weer zo'n mooie term. Weer zo'n modewoord. Is 'ie dan toch alleen maar evangeliserend bezig in zijn eigen wijk? Moet hij zo nodig zijn geloof verkondigen?

Over missionair-zijn bestaan veel vooroordelen. Kenmerkend is wat Matthijs Vlaardingerbroek van In de Praktijk in Den Haag opmerkte in een artikel in Idea van juni 2006.
In een rapportage van een diaconaal werker van Urban Mission in Den Haag over haar werk betichtte zij ons ervan een evangeliserende groepering te zijn, hetgeen in haar ogen geen compliment was. Aangezien zij mijn mening over de rapportage had gevraagd, raakten we hierover in discussie. De term ‘evangeliserend’ vond ik geen recht doen aan ons werk in de wijk. Natuurlijk is het delen van het evangelie een belangrijk onderdeel van onze missie, maar over de jaren hebben wij ons mogen ontwikkelen naar een breder opgezet project. Toen ik op haar vraag “Hoe had ik jullie anders moeten omschrijven?” met “missionair” antwoordde, moest ze lachen. “Jullie zijn niet missionair. Wij zijn missionair.

Bij de term missionair wil ik terug naar de bron van mijn leven. Jezus was bereid zijn roeping te volgen en werd door God naar deze wereld gezonden. In die zin was Hij missionair: hij had een opdracht, een missie. Die opdracht voerde Hij uit door onder mensen te leven, dicht bij hen te zijn. Hij veroordeelde mensen niet, maar had hen lief. Hij deelde zijn leven met hen. Tegelijkertijd was Hij bereid zijn boodschap aan mensen uit te dragen. Op dezelfde manier wil ik missionair zijn: onder mensen leven in onze wijk. Met hen lief en leed delen. En daarbij hoort ook het delen van mijn geloof.

Jezus deed dat op een volmaakte manier. Ik ben op zoek naar de juiste balans. Die ik alleen maar kan vinden met vallen en opstaan. Niets menselijks is ons vreemd.

zondag 13 mei 2007

Achter de deur

Schijnbaar een kleine deur in een grote straat. Een onooglijk deurtje ook nog. Niemand weet wat daarachter gebeurt. Om de deur toch een beetje op een kier te zetten, ben ik deze blog begonnen. Er gebeurt wat in de Arnhemse wijk Klarendal. Achter dat onooglijke deurtje. Meer weten? Lees dan regelmatig deze blog om mijn ervaringen achter het deurtje, waar Villa Klarendal huist, te volgen. Hierop zal ik mijn eigen bevindingen van wat hier gebeurt plaatsen.

Namen van mensen zul je hier niet op vinden. Hooguit een beschrijving van een situatie, maar dan zodanig dat personen niet herkend kunnen worden. Op deze blog zal ik ook regelmatig gedachten over missionair werken plaatsen. Wat dat betekent in theorie, maar vooral in de praktijk van alledag in een dergelijke wijk.

Elke zondag zingen we achter die deur een lied waarin de volgende woorden voor komen: "...de wijk lijkt gestorven, toch klinkt er muziek uit een deur die nog wijd openstaat...".
Voor mensen om ons heen staat de deur wagenwijd open. Voor bloglezers staat die op een kier. Zin om af en toe mee te gluren? Kom dan regelmatig hier langs.