woensdag 29 oktober 2008

Crisis? Welke crisis?

Een vertaling van een album van een van mijn vroegere favoriete muziekgroepen Supertramp.

Dit hoorde Aneta van de week uitspreken door een van onze computercursisten. We leren die cursisten niet alleen werken met de computer, maar zijn ook praatpaal, met als achterliggend doel de "sociale cohesie te versterken".

Dus hadden ze het over de kredietcrisis die de wereld in spanning houdt. Althans, zo lijkt het als je het nieuws hoort en leest.

Maar goed, onze cursisten zeiden tegen elkaar dat de crisis hen niet raakte. Sterker nog: ze leven al jaren in een kredietcrisis.

En zo is het. Nu de rijken, de grootgrondbezitters van deze maatschappij, het probleem onder ogen moeten zien, is de wereld ervan in de ban. Dat dit in een groot deel van de samenleving al veel langer speelt en dat veel mensen moeten rondkomen van een uitkerinkje met een lening erbij wordt over het algemeen niet aan de grote klok gehangen.

Het is spannend wat er daar veraf bij de diverse beurzen gebeurt. Maar de beurzen van veel gewone mensen in dit land zijn al lang onderuit gegaan. Soms doordat degenen die steen en been klagen zich een extra bonusje konden veroorloven voor de prijs waar een gemiddelde werknemer wel twintig jaar van kan leven. Maar goed, geld moest rollen en vooral in de zakken van de mensen die daar bovenaan stonden.

Als christen die leeft in een wijk waar mensen onderaan de ladder staan, zie ik het onrecht om me heen. Ik kan reageren zoals zoveel christenen doen. We bidden eens voor je en dan gaan we weer ieder zijns weegs. Of ik kan het aan de orde stellen als een onrecht dat over de wereld gaat.

Het is toch van de zotte dat binnen een bedrijf de een van gekkigheid niet weet waar hij zijn geld moet laten en de ander van moeilijkheid niet weet waar hij zijn geld vandaan moet halen.

Helaas is dit in de christelijke wereld niet erg anders. Ik heb me regelmatig groen en geel geërgerd als weer eens iemand een getuigenis gaf over de geweldige dingen die hij had meegemaakt in zijn rondreis door een land aan het andere eind van de wereld. Of een ander gezin dat vrolijk vertelde over wat zij op hun tweede vakantie tijdens de herfst in het buitenland hadden meegemaakt. Dat vertelden ze dan in de gemeente waar mensen zitten die alleen een uitkering hebben en misschien al tien jaar niet op vakantie zijn geweest.

Hoe slaat de crisis die we nu beleven terug op ons christenen? Zijn we zoals we willen zijn "anders dan anderen"? Of laten we ons op dit gebied meeslepen op gebieden waar ook anderen mee bezig zijn?

Zijn we misschien zo in onszelf gekeerd geworden, dat we in een wijk wonen terwijl we (veel) geld op IceSave hebben gezet, terwijl onze buurman bij wijze van spreken ons het brood uit de mond kijkt?

Crisis? Welke crisis? Is een vraag die ook wij ons stellen. Want ik heb met mijn huurhuis en mijn bedrijfsspaarregeling, waar misschien nog net 3000 euro op staat, weinig pijn van de crisis die er nu is. Misschien omdat wij geïnvesteerd hebben in andere dingen dan het behalen van steeds meer geld of een steeds mooier huis.

Daarbij hebben we onszelf lang voor deze crisis de volgende vragen gesteld. Wie "spekken" wij? De bank of onze buurman? Voor welk krediet gaan we? Datgene wat ons alleen maar geld oplevert, of diegene waar we wellicht geen geld meer van terug krijgen? Welke investering doen we? Gaan we voor geld of gaan we voor goud? En dan mag je zelf invullen wat geld of goud is.

donderdag 23 oktober 2008

Kiezen voor gemeenschap

Na een gesprekje van anderhalf uur in de Villa ben ik net thuis. Er wordt aangebeld. Een vriend die ik al lang ken staat aan de deur. Natuurlijk is hij welkom, ook al kunnen we hem alleen maar voor net driekwartier ontvangen. Want dan gaan we op weg naar de tweewekelijkse gebedsavond.

Tijdens de maaltijd die we hem als gast aanbieden, vertelt hij hoe hij geen zin meer heeft om naar zijn kerk te gaan. "Zeker, het zijn hartelijke mensen, die je begroeten alsof je hun broer bent. Maar als de dienst dan is afgelopen en de koffie met lekkers achter de kiezen, mag je wel weer met je pijnlijke voeten alleen terug lopen. Ondertussen vragen ze wel hoe het met je gaat. Als je dan vertelt van je pijnlijke voeten, zijn ze erg bezorgd en leven met je mee. Maar er zal niemand zijn die aanbiedt om mee terug te rijden. Doordeweeks is er ook niemand die naar je omziet. Dan ben je weer moederziel alleen. Ze kunnen wel praten over gemeenschap, maar ze brengen het niet in praktijk."

Een pijnlijk verhaal om aan te horen. Ook al heeft hij het al ettelijke keren verteld. Pijnlijk, omdat broers en zussen van ons zo met elkaar omgaan. Ze hebben waarschijnlijk niet door dat ze zo reageren. Ze zijn oprecht belangstellend en doen dat vanuit het denkraam dat ze zelf kennen. Ik kan de vriend geen ongelijk geven. Als ik in een gemiddelde kerk kom, ervaar ik hetzelfde. Er is onderlinge liefde op het moment dat je er bent. Men vraagt hoe het met je gaat en legt een bemoedigende hand op de schouder. Maar tussentijds door de week heen is er niemand die eens belt hoe het nu met je gaat. De gemeenschap is beperkt tot de momenten dat we elkaar zien.

Binnen Villa Klarendal willen we een gemeenschap zijn in en voor de wijk. Dat betekent dat we ook daadwerkelijk voor mensen willen klaarstaan. Met dat kiezen voor gemeenschap kom je te staan voor interessante vragen. Vooral tot hoever je de mensen in je leven toelaat. Welk percentage van je leven ze mogen innemen. Een voorbeeld uit de afgelopen week laat zien hoe ikzelf wil kiezen voor gemeenschap.

Een vaste bezoeker, zeg maar gemeentelid, van de Villa heeft een hartinfarct gehad en ligt in het ziekenhuis. De zoon belde mij twee weken geleden op met het nieuws. Er was geen mogelijkheid om hem te bezoeken en zelfs als dat wel het geval was, was het onnodig want hij werd in slaap gehouden. Daarom besluit ik de zoon dagelijks te bellen om te horen hoe de ontwikkelingen zijn. En om tegelijkertijd hem een steuntje in de rug te bieden. Na verloop van enkele dagen is het gemeentelid ontwaakt uit de diepe, onnatuurlijke slaap. De dag erna vraagt de zoon of ik met hem mee wil gaan.
Zijn vader is nog op de intensive care en is nog nauwelijks aanspreekbaar. Hij waardeert onze aanwezigheid voor zover dat zichtbaar is. Een paar dagen later besluit ik weer naar hem toe te gaan en is hij al een stuk helderder.

Enkele dagen later vraagt de zoon om hulp, omdat hij nog steeds niet weet wat er nu precies is gebeurd. Ik stel hem voor een afspraak met de arts te maken en hij vraagt of ik erbij kan zijn. Dan staat hij niet zo alleen tegenover die geleerde koppen. Gisteren stond ik om twee uur klaar voor de afspraak, die, zoals te doen gewoonlijk in het niet zo bedrijfsmatig werkende ziekenhuis, zonder excuses om half drie begon. De ziektetoestand en de gevolgen werden doorgesproken en we hebben de consequenties onder de loep genomen. De zieke is voorlopig nog niet thuis. Vandaag hebben we in een klein team besproken of het huis regelmatig moet worden schoongemaakt en hoe we omgaan met het hondje dat nu moederziel alleen thuis zit (en natuurlijk wel drie keer per dag door de zoon wordt uitgelaten).

Binnen ons team werd ik gecomplimenteerd voor mijn inzet. Dat blijf ik vreemd vinden. Ik hoef geen compliment voor iets wat ik voor iemand doe die mij aan het hart ligt. Als een goede vriend iets overkomt, heb je toch alles voor hem over? Of zijn onze gemeenteleden in de praktijk toch niet onze vrienden, onze broers of zussen? Wordt gemeenschap met woorden beleden, of blijkt die ook uit onze daden?

woensdag 22 oktober 2008

Ik kan het toch niet...

Een uitspraak die ik veel tegenkom. "Ik kan het toch niet". Nog voordat er iets is begonnen spreekt de man of vrouw die tegenover me zit zich wel heel veel moed in. Mensen zijn door hun verleden, door ouders, zussen of broers of zelfs echtgenoten of kinderen naar beneden getrapt. Daardoor hebben ze de leugen leren geloven. "Jij kunt het toch niet".

Vandaag had ik weer zo'n voorbeeld. We geven elke dinsdag computerles. Vandaag werd een van de cursisten getoetst. Een dertigtal vragen en enkele praktische opdrachten moesten er worden gedaan. Ditmaal kwam de bekende zin niet uit haar mond. Maar na afloop zij ze op een bepaalde toon dat het "toch wel heel erg moeilijk was". Met andere woorden: "Ik kan....". Je begrijpt het wel.

Nu hebben we vaker dat soort situaties meegemaakt. Dus ik knipoogde al naar haar, dat het volgens mij wel zou meevallen. Wat is het dan leuk om mee te maken dat het alombekende zinnetje een voorzichtige draai krijgt op het moment dat ze haar "cijfer" te zien kreeg. Een 8+???? O, dan kan ik het misschien toch...???

Deze dame begon de cursus door tijdens de eerste les wel drie keer in een kwartier te roepen "wat ben ik toch dom, hè?" Na die drie keer heeft ze het nooit meer gezegd. Want daar zijn wij niet van gediend. Er is namelijk niemand dom. Als ik voor het eerst in een auto stap, zegt de rij-instructeur ook niet dat ik dom ben als ik het gaspedaal en de rem verwissel.

Zo zien we in onze wijk dat we door praktisch bezig te zijn ook mensen psychologisch duwtjes in de rug kunnen geven. De dame in kwestie komt steeds enthousiaster naar de cursus en vertelde thuis gelijk dat ze alle vragen mag stellen die ze maar wil. Want we beschouwen haar niet als dom.

Dom, dat is de hooggeleerde persoon die Aneta eens opbelde (toen ze nog helpdeskmedewerker was) met de air van een hooggeleerde en de daarbij gepaard gaande aardappel in de mond. Hij wist wel van alles af en hoefde eigenlijk geen hulp, maar kwam ergens niet uit. Op de vraag welke provider hij had, antwoordde de weledelgestrenge met de overtuiging van een rechtgeaard politicus: "Windows XP!". Kijk, doen alsof je veel weet en er geen enkele kaas van gegeten te hebben, dat is pas DOM. Dat soort mensen, die juist vaak het type zijn voor degene die anderen snel het gevoel geven dat ze dom zijn en niets kunnen, mogen wel eens leren om hulp te vragen zonder zich te schamen en eens rustig te zeggen dat ze het niet snappen.

De rollen zijn vaak omgedraaid. Domme mensen leiden slimme mensen, zodat de dommen als slim worden aangezien en de slimmen voor dom worden versleten. Want wie intelligent slim is, hoeft dat sociaal of emotioneel helemaal niet te zijn. En wie intelligent heel laag zit, kan juist weer sociaal of emotioneel heel slim zijn.

Ik probeer het altijd maar weer te vertellen: laten we elkaar geen etiketje opplakken van "zo ben jij", maar elkaar als mens te respecteren en elkaar zo verder op te bouwen. Zoals een afnemer eens zei bij onze Voedselbank: "ik voel me eindelijk weer eens als mens behandeld".

zondag 19 oktober 2008

Hoe weet je wat er speelt?

Ik heb al eerder geschreven over "contextualisatie": "manieren vinden om de boodschap van het evangelie te laten aansluiten bij de cultuur en gewoonten van de mensen die men wil bereiken".

Om dat te bereiken, moet je wel het een en ander doen. Hieronder een kleine opsomming van hoe ik probeer aan te voelen wat er leeft onder mensen die ik tegenkom en waar ik voor werk.

Veel lezen
Om bij te blijven op wat er in christelijk Nederland speelt en om mijzelf ook af en toe wat te laten opbouwen, lees ik het kerkelijk nieuws uit Nederlands Dagblad, Reformatorisch Dagblad, Friesch Dagblad, Trouw, Uitdaging en Ikon-nieuws (die ik "scan" via mijn Google Reader), ben ik geabonneerd op Parakleet, Bodem, Leadership en Idea, en lees ik de belangrijkste emerging blogs.
Voor de algemene informatie over wat er in de wereld en in ons land speelt, lees ik de zaterdageditie van De Volkskrant, Elsevier en af en toe HP De Tijd of Vrij Nederland. Die geven in hun achtergrondinformatie een aardig beeld van de tijd waarin we leven. Daarnaast scan ik het dagelijks nieuws op Volkskrant, Trouw, Telegraaf en NRC via Google Reader om enigszins bij te blijven.
Niet onbelangrijk voor contextualisatie is het regionale nieuws. De Gelderlander probeer ik dagelijks even door te lezen (dat kan dank zij mijn werk bij de gemeente, waar dat toch al voor nodig is). De wijkkrant is natuurlijk een onmisbare bron van nieuws om te weten wat er in de wijk speelt. Dat geldt trouwens ook voor de wijkwebsite http://www.klarendal.nl, die vrij nauwgezet het wijknieuws bijhoudt.
Daarnaast probeer ik ook de jongerencultuur bij te houden, mede dankzij mijn dochters die regelmatig Girlz of Hitkrant aanschaffen.
Op politiek en overheidsgebied lees ik Binnenlands Bestuur, Re.public en DenkWijzer (het achtergrondblad van het Wetenschappelijk Instituut van de ChristenUnie).

Televisie kijken
De tv biedt veel informatie over onze huidige en ontwikkelende cultuur. Naast natuurlijk het journaal, probeer ik dagelijks een van de actualiteitenrubrieken te bekijken en daarnaast Pauw & Witteman en soms "De Wereld draait door". Hoe vreemd dat ook in de ogen van sommigen moge klinken, veel informatie haal ik ook zeker uit de wat plattere programma's als Shownieuws en RTL Boulevard.
Nieuwe populaire programma's probeer ik in ieder geval een keer te zien, zodat ik weet waar het ongeveer over gaat. Big Brother, de Gouden Kooi of Idols / X-factor / Popstars zijn daarbij niet uitgezonderd. Veel van deze programma's kijk ik bij wijze van gemak mee, omdat ze door sommigen in huis worden bekeken. Overigens kijk ik bij sommige programma's ook ongegeneerd genietend mee. Dat geldt met name voor de talentenshows op muziekgebied. De anderen op gebied van schaatsen, dansen, mode, slank worden of gegroepeerd worden op een klein eiland beschouw ik als duizend-in-een-dozijn, waarbij de keuze van de kijker of de keuze van de groep steeds weer op hetzelfde neerkomen.
Op tv probeer ik ook regelmatig documentaires te bekijken. Met name de documentaires van de VPRO en van de NPS zijn daarbij zeer interessant (en overigens door evangelische christenen weinig bekeken).
Als het me enigszins lukt, probeer ik in ieder geval maandelijks even de hitlijsten op TMF te beluisteren. Aangezien muziek een geweldig medium is en blijft, wil ik graag op de hoogte blijven van waar jongeren (en ouderen) naar luisteren,
Overigens ben ik van nature veel meer een liefhebber van radio. Aangezien ik acht uur per dag op mijn werk zit, geen auto rij en vrij veel 's avonds weg ben, schiet dit er de laatste tijd behoorlijk bij in. Vroeger was ik een echte Radio 1 fan en daarvoor stond de radio alleen maar op Radio (Hilversum) 3 of (het oude en echte) Radio Veronica (met zeegeluiden erbij. Wie wil contextualiseren onder jongeren kan niet om het medium radio heen, omdat het nog steeds heel veel impact heeft onder deze leeftijdsgroep.

Veel praten en luisteren
Ik probeer door gesprekken heen te luisteren wat mensen boeit en beweegt. Door met mensen in de wijk te praten en ook daadwerkelijk in ze interesse te hebben en te tonen, krijg ik veel informatie over wat er bij mensen speelt. Het is niet zo dat ik gesprekken "misbruik", maar als ik met mensen spreek en ze vertellen me interessante dingen, dan probeer ik door te vragen. Datzelfde geldt voor andere mensen die ik spreek. Op mijn werk en op andere plekken waar ik kom, krijg ik veel interessante informatie over hoe mensen deze wereld ervaren en hoe ze daarbij religie beschouwen.

Culturele uitingen
Ook in de culturele uitingen is interessante informatie te verkrijgen. Door de drukte en de interesse van onszelf en de wijk om ons heen, gaan we eigenlijk alleen naar de film. Daarbij proberen we films uit te zoeken die momenteel populair zijn en enerzijds te genieten van die films, maar anderzijds te kijken naar wat mensen boeit en beweegt om naar zo'n film toe te gaan. Populaire films die we niet in de bioscoop kunnen bekijken, proberen we wel op tv te zien.

Internet en e-mail
Ook internet is een geweldig medium waar veel te vinden is. Ten behoeve van ons wijkwerk gebruik ik internet eigenlijk alleen om politieke informatie op de websites van diverse ministeries te scannen. Ik besef dat YouTube en diverse forums zeer interessant zijn om te bezoeken. Vooral op forums is interessante informatie te halen, vooral als je in gesprek gaat met bepaalde bevolkingsgroepen waar je weinig van weet. Daarom heb ik me een tijd geleden ingeschreven op de forums vanMaroc.nl, TurkijeForum.nl en (jawel!) de Gaykrant. Maar goed, helaas ontbreekt de tijd om daar verder op mee door te gaan.
Wat betreft e-mail ben ik geabonneerd op diverse e-zines, waarbij de belangrijkste die ik ook werkelijk gebruik of lees zijn: "Interreligieuze werkplaats" en de nieuwsbrief van het Amerikaanse "Leadership Weekly".

Wees niet bang. Lezen, kijken, luisteren en praten zijn voor mij vrijetijdsbestedingen. Daar geniet ik in eerste instantie van. En pas in tweede instantie (ergens in het achterhoofd) gebruik ik ze als hulp om dichter bij mensen in deze wereld te komen en hen te begrijpen.

vrijdag 17 oktober 2008

Te druk om nog iets te bloggen

Het gebeurt me regelmatig dat de weken voorbij vliegen. Dan moet ik kiezen wat het belangrijkste is. En dan komt deze blog wel eens in de verdrukking.

Een greep uit de activiteiten van de afgelopen tijd.

* wekelijks op zondag de brunch en viering (een keer in de twee weken wordt de viering door mij voorbereid)
* wekelijks wordt ik verwacht op mijn werk 's avonds op de Politieke Maandag van de gemeenteraad aanwezig te zijn. Vroeger om te notuleren; nu om te organiseren en ervoor te zorgen dat alles vlekkeloos verloopt.
* wekelijks op dinsdagavond de computerles die we aan wijkgenoten of mensen van daarbuiten geven. Tussen de drie en de zes mensen komen langs om verder te werken aan hun cursus. Aneta en ik zijn daarbij om hen te begeleiden. Dat betekent switchen tussen allerlei Microsoft Office pakketten en oplossingen bedenken voor problemen die men tegenkomt. Soms zijn de problemen snel oplosbaar, omdat ze op een heel bekend probleem stuiten (er wordt bijvoorbeeld niets opgeslagen, omdat een schijf niet in de drive zit). Op andere momenten kost het iets meer hoofdbrekens om het probleem op te lossen.
Op donderdagen is er om de week een gebedsavond (van 18.00-19.30 met eten; of van 19.00-20.30 zonder eten, maar met een plaatselijke voorganger of dominee) en om de week een bijbelstudie voor vaste bezoekers.
Vrijdagmiddag begint eerst tussen 13.30 en 15.30 met weer twee uur computerles, die wordt afgewisseld met vragen over de Voedselbank en die eindigt met het gezellig bijeen zijn van vrijwilligers en afnemers van de Voedselbank tot ongeveer 18.00 uur.

Naast deze vaste ritmes vindt er zo af en toe nog wel eens iets meer te beleven:

* aanwezig zijn bij een informatieavond over wat er in de wijk wordt gedaan met het geld dat minister Vogelaar beschikbaar heeft gesteld voor onze "prachtwijk".
* maandelijkse teamoverleggen, waarin de stand van zaken binnen Villa Klarendal doorgenomen wordt. Van belang, omdat het kernteam zich langzamerhand verder uitbreidt.
* gesprekken met de dominee van de Gereformeerde Kerk Vrijgemaakt over de plannen om samen te gaan werken en de manier waarop dat vormgegeven moet worden.
* overleggen en gezellige avondjes als coördinerend vrijwilliger van de Voedselbank.
* vanaf eind vorige week is daar een dagelijks telefoongesprek met de zoon van een van onze vaste bezoekers bijgekomen, omdat deze bezoeker een hartinfarct heeft gekregen en in het ziekenhuis ligt. De bezoeker heb ik inmiddels ook twee keer samen met de zoon opgezocht.
* telefoongesprekjes met een andere bezoekster die tegen problemen in het onderwijs aan loopt en daar zelf soms geen raad mee weet.
* een interview voor de Stadsomroep Arnhem over Villa Klarendal, dat qua tijd uitloopt, omdat de interviewer technische kennis ontbeert om het opnameapparaatje goed te kunnen afluisteren.
* een door Villa Klarendal, een kringgroep van de Kruiskerk en bewoners van de Rappardstraat georganiseerde straatschoonmaak- en speeldag op zaterdag.

Zo kan het dus gebeuren dat er even twee weken een blogstilte is. Die is er dus niet vanwege een sabbatical, maar omdat er na de activiteiten soms wel weer eens tijd nodig is om zelf even op te laden of uit te rusten. Daar worden vaak de rustige tijden in het weekend voor gebruikt. Bij Albert Heijn, waar ik op zaterdagochtend het brood voor de brunch en viering van zondag ophaal, is inmiddels bekend dat ik niet (zoals de anderen doordeweeks) om acht uur klaar sta voor het brood, maar pas tussen half elf en half twaalf.

Naast al deze activiteiten blijft het contact met wijkbewoners enorm belangrijk. Dat is dan wel weer het voordeel van een wijkbewoner. Want de andere bewoners kom je gewoon op straat tegen. Dan is er weer een gezellig of diepgaander gesprek.

Gelukkig is dit leven mij op het lijf geschreven. Dit geldt gelukkig niet alleen voor mijzelf, maar ook voor vrouw en kinderen. Ik kan me snel terugtrekken als ik weer thuis ben en vindt dan momenten en eigen dingetjes waarvan ik weer tot rust kom.

Er zijn momenten waarop ik echt moe ben. Dan bidt ik voor nieuwe kracht in de wetenschap dat ik het werk ook niet uit mezelf of voor mezelf doe. Na afloop is er dan steevast de rust en zekerheid dat het werk goed is geweest. Vanuit die rust kan er dan nog enkele uurtjes gerust worden voordat de nachtrust daadwerkelijk intreedt.

Om de volgende dag weer met nieuwe moed en kracht aan een nieuwe uitdaging te beginnen.

Wie schrijft die blijft

Enige tijd geleden heb ik in het Friesch Dagblad een artikel geschreven over Villa Klarendal. De redacteur reageerde enthousiast terug dat dit "zo'n leuk geschreven verhaal" was. Vervolgens schreef ik hem terug dat ik, als hij dat wilde, best wel een column voor het blad wilde schrijven.

Tot mijn verbazing werd ik vorige week woensdag gebeld dat het Friesch Dagblad wil ingaan op mijn aanbod. De precieze frequentie is nog niet bekend, ook over de titel moeten we het nog hebben. Maar eind oktober, begin november zal in dit noordelijke dagblad een column van mij gaan verschijnen rondom missionair werk.

donderdag 2 oktober 2008

Een rustige avond

We hoorden het weer gonzen de afgelopen weken. Diverse vaste bezoekers wilden graag meer van de bijbel weten. Dus spraken we met ze af om tweewekelijks een bijbelstudie te organiseren.
Vorige week hebben we met zijn drieën gebrainstormd. We zouden samen met hen achter Jezus aan gaan. Om samen te leren van Jezus' woorden.

Deze week heeft Hans, onze stagiaire, veel tijd gestoken in het voorbereiden van de eerste avond. Een prachtige studie over waarom Jezus nu wil dat we hem volgen.

Dus zaten we op de afgesproken tijd om zeven uur klaar. Ik had van tevoren al wat mensen gebeld. Die plotseling iets anders te doen hadden of het helemaal waren vergeten. Okee, een zou komen, maar moest nog werken en zou iets later komen. De rest was wel van plan te komen.

Dus niet. We zaten er met zijn drieën. Dus de persoon onderweg maar weer afgebeld. Samen nagedacht over wat we over twee weken doen, als Hans er niet is, zodat hij over een maand wel zijn voorbereidingen kan uitwerken.

Want we stoppen niet en worden niet teleurgesteld. Integendeel. We gaan gewoon door. Wie weet wat er over twee weken gebeurt. En als het weer zo is? Dan gaan we eens nadenken over de vorm, de avond, de werkwijze. En kijken of het wellicht net iets anders, bij iemand thuis of in een kleinere groep moet gebeuren.

Experimenteren blijft leuk. Ook al lijken dit soort situaties verloren of weggegooide tijd. Maar ach, welnee, ik heb eens een extra rustige avond. Morgen zien we twee van de te verwachten personen weer. En delen dan ons leven weer met hen. Die belangrijke andere manier van volgelingschap. Misschien moeten we bijbelstudies ook meer integreren in dat soort manieren van werken. OOk hierin laten we ons leiden en vragen onze Vader om duidelijkheid en creativiteit. En vooral: liefde voor ieder die we tegenkomen.

Zoals degene die vanavond rond elf uur nog even komt binnenstappen, om "nog even gezellig bij te kletsen". En die na twintig minuten weer snel opstapt nadat hij na tien minuten na zijn vraag begrijpt dat we helaas geen extra brood meer in huis hebben. Net zo lastig als die andere vraag vanavond. Verloren tijd of liefde geven aan iemand die alleen maar uit is om iets te krijgen? Of toch ruimte geven aan mensen ondanks hun dubbele bodem en bidden dat Gods liefde in ons bij hen ervaren mag worden?

Korte momenten die diepe vragen nalaten waar ik geen antwoord op heb. Want ook dat is pionieren. Niet altijd de mooie dingen, maar vooral ook vaak: de vragen, de twijfels, de teleurstellingen. En daarna: de overgave, begrijpen dat ik het niet alleen kan doen, het besef dat God dit werk is begonnen en ons als zijn medewerkers hier wil inzetten. Met vallen en opstaan en soms zelfs ondanks ons.