woensdag 30 januari 2013

Column Friesch Dagblad 53: Monnik of missionaris?

Vorige week was op initiatief van Andries Radio een symposium rondom het thema ‘Monnik of missionaris?’. Een leuk onderwerp om eens dieper over door te praten.

Diverse kranten berichtten erover: Friesch Dagblad en Reformatorisch Dagblad 19 januari , 22 januari en 29 januari.

Het zette mij aan het denken. Allereerst zal het congres speciaal voor die beroepsgroepen bedoeld zijn, want wie in het normale leven is in staat om dinsdagmiddag af te reizen om eens gezellig met elkaar te confereren?

Nu gebeurt het me vaker dat ik van mijn werk vrij neem om naar een conferentie toe te gaan. En dan zie en hoor ik om me heen heel veel mensen die van het voorgangerschap, domineeschap of gemeentestichterschap hun beroep hebben gemaakt. Ze zijn betaald vader van een gemeenschap geworden.

Maar goed, terug naar het thema. Er wordt een tegenstelling neergelegd tussen twee soorten ambten binnen de Rooms-Katholieke Kerk die elk hun taak hebben. De monnik die afgesloten van de wereld ver weg in een klooster bezig is met God, de Bijbel bestudeert, Gods lof zingt en bidt.

Aan de andere kant is daar de missionaris die wordt uitgezonden naar een ver en vreemd land om daar deel te worden van de cultuur en zo probeert het evangelie uit te dragen. Mooie mensen, mooie taken. En daar moest de confereerder dan tussen kiezen. De kerk die teruggetrokken is in de samenleving. Een rustplaats voor vermoeide mensen. Waar als vanouds het evangelie wordt gepredikt. Of de relevante kerk die dichtbij de mensen staat, zich volledig aanpast aan de omringende cultuur en zo probeert het evangelie aannemelijk te maken in de hedendaagse samenleving.

Dan ben jij zeker de missionaris, zal de lezer uitroepen als ze voor mij mogen kiezen. Dat is slechts voor een deel waar. Het klopt. Wij willen dicht bij mensen komen. Als het ware in hun huid kruipen, zodat het evangelie niet van tweeduizend jaar geleden is, maar ook van deze tijd. Maar in mijn gesprekken met mensen bemerk ik de behoefte aan monniken. In het jachtige leven van alledag is een roep te horen naar autenticiteit, rust en tot jezelf komen.

Daarom spreekt mij het idee van een stadsklooster aan. Dichtbij de wijkbewoners is een plek waar mensen even tot rust kunnen komen. En mijn voorbeeld van hoe het ook kan is de film Sister Act. Een groep kloosterlingen komt uit het klooster om de buurt te dienen. Met muziek aangepast aan deze tijd. Maar ook werkzaam in en voor de buurt. Het klooster wordt niet opgeheven. Het stelt zich ten dienste aan de samenleving.

De tegenstelling is niet zo groot. Een kerk die als monniken dag aan dag bidt en zingt voor de buurt om hen heen en daarin God groot maakt. Die bereid is het veilige plekje te verlaten om vuile handen te maken in de wereld om hen heen. Op zoek naar een missionaris die bereid is het monnikenwerk in het leven van alledag te integreren. Naar een monnik met een missie

zondag 20 januari 2013

Na de kerst

December. Tijd van mooie woorden. Tijd van mooie daden. Warme gevoelens voor alles en iedereen. Want dan moet iedereen toch een goed gevoel krijgen.
Dat ervoeren ook wij in die maand. Iedereen bereid bij te dragen voor 150 kerstpakketten. De ontvangers onder de indruk van al het moois en lekkers. En tijdens de kerstdienst en voorafgaande kerstnachtdienst wilde iedereen dat niemand ontbrak. Iedereen hoort erbij. Hartverwarmend.

Maar ja, de tijd gaat door. Het wordt zo weer oud en nieuw en voor je het weet zitten we alweer in half januari. Maar daarin houdt de armoede, de dakloosheid, de eindeloze schulden en de onduidelijke toekomst gewoon aan. Even een opleving van medemenselijkheid. En dan gaan we weer verder waar we mee bezig waren.

Wij proberen mensen 365 dagen in het jaar ten dienst te zijn. In de warme winterdagen, maar ook in die ijskoude aftermonth januari. Leven gaat door. Medemenselijkheid hopelijk ook. Ik blijf ervoor gaan.