zondag 16 januari 2011

Ik blog dus ik ben - hij blogt niet meer dus...

Dat zou je toch bijna denken als je mijn blog van de laatste maanden leest. Ik kan de lezer gerust stellen. Er is nog leven in Klarendal. En hoe!

Een paar maanden geleden liep onze brunch en viering helemaal vol. Er kon ook werkelijk niemand meer bij. Als haringen zaten we in een vat. We hoorden van mensen die graag wilden komen, maar niet durfden of konden vanwege de drukte of de overkill aan geluid. Enthousiast pratende mensen. Huilende kinderen. En dat in een gebouw met een geweldige akoestiek.

We hadden er in september in onze nieuwsbrief nog gebed voor gevraagd. God geef ons een gebouw hiervoor. Waar we ruimte krijgen om te groeien en tot rust te komen. Toen diverse mensen gebedsverhoringen kregen en daar heel enthousiast over waren, herhaalden we het in onze eigen brunch en viering. Laten we bidden voor een ander gebouw op zondag.

Het kan verkeren. In tijd van twee weken was daar een nieuw gebouw. Wat wij absoluut niet hadden verwacht. Ik sprak met de beheerder van ons wijkcentrum (waar wijzelf heel vaak komen). Vertelde tussen neus en lippen door van onze problemen op zondag. Dat is toch geen probleem, antwoordde hij. Dan kom je gewoon hier. Dat was niet tegen dovemansoren gesproken. We maakten een contract, spraken het door met ons team en op 5 december (wat een geschenk!) zaten we in het wijkcentrum. De kleine zaal werd vervangen door drie zalen. Een voor brunch en volwassen-viering. Een voor de crèche. En een voor de nieuw in het leven geroepen kinderbijbelclub.

Wat zal het brengen? Komen de mensen wel? Een gevoel van ruim vijf jaar geleden maakte zich van ons meester. En keken uit naar de bezoekers. En of ze kwamen. Sowieso al een hele nieuwe groep kinderen die we al wel op woensdag in de eetclub tegenkwamen, kwam met z'n allen buurten. En zijn sindsdien niet meer weggeweest. En meer mensen uit onze doordeweekse buurtactiviteiten zat klaar om de overgang te vieren. De week daarop keken we helemaal onze ogen uit. Onze gewillige ogen telden dat er zestig mensen aan tafel zaten! Wauw! Geweldig! Waar gaat dat heen?

Dat gevoel begon ons te versterken toen we traditioneel alweer voor het vijfde jaar kestpakketten mochten uitdelen. Iedereen enthousiast. Wat mooi dat we dit deden. Iedereen werd voor de kerstviering uitgenodigd. De gretige ogen van sommige teamleden zagen in hun droom al een kerstviering van 100 tot 120 mensen. Daar moest aan gewerkt worden. De grote zaal waar de kinderen normaal zaten ingericht tot kerstversierde zaal. De eetzaal met voldoende stoelen voor in ieder geval 60 personen. want door de ervaring wijs geworden probeerden mijn vrouw en ik het verwachtingspatroon wat te temperen toen we op kerstavond die zaal inrichtten.

We kwamen met zijn allen weer met de voeten op de grond toen de kerstviering zo'n veertig mensen trok. We hadden ons iets meer rijk gerekend met al die mensen die al eens binnen waren geweest (en die vooral zouden komen) en al die anderen die onder invloed van het rijke kerstpakketten hadden toegezegd te zullen komen. Toch veel mensen die nooit in die andere kleine zaal hadden gepast. Maar terug bij af bij die prachtige getallen van een paar weken eerder.

Een prachtig nieuw gebouw. Geen probleem meer om mensen uit te leggen waar het is. Mensen die in de wacht zaten, kwamen weer. De kinderclub weer van start. Een afwasmachine die na 2 minuten in plaats van 2 uur klaar is. Bezoekers die zichtbaar genieten van de rust die de ruimte met zich mee brengt.

Zegeningen die we in het licht van de getallen al snel vergeten waren. Let vooral op die kleine dingen heet het dan. Absoluut. Want denk je dat wij het erom doen als ik spontaan met de beheerder sprak? Natuurlijk niet. En zijn reactie 'voor jullie wil ik dit wel doen, jullie doen zoveel voor de wijk' kwam ook spontaan. Dan word je stil. Want daar deden we het niet voor, om die erkenning te krijgen. Maar als die erkenning dergelijke gevolgen heeft, kan ik daar alleen maar stil en blij van worden.

Ja, daar word ik stil van. En door de drukte van die afgelopen tijd is die stilte doorgedrongen op het web. Niet omdat ik niet meer leef, of dat Villa Klarendal op sterven na dood is. We leven. God dank! En als er dan zoveel gebeurt onder de hand van een kleiner team met vrijwilligers om ons te ondersteunen, kan dat wel eens stilte op een ander niveau tot gevolg hebben. Het woord uit de mond van Jezus wordt waarheid in Klarendal: de oogst is groot! Bidt u met ons voor meer arbeiders?

Geen opmerkingen: