In welke wijk woon jij? Dat is toch een volksbuurt? Een asociale wijk? Standaardvragen van mensen die horen dat ik in de Arnhemse wijk Klarendal woon. Beelden doemen op in de hoofden van mijn gesprekspartners. Gevaar. Moord en doodslag. Criminaliteit. Slechte leefbaarheid. Een en al steen. Dat ik mijn kinderen hier wil laten opgroeien.
Laatst struinde ik met enkele bezoekers door de wijk. Een van hen zei dat deze wijk haar geen achterstandswijkgevoel gaf. Mooie huizen uit de eerste stadsvernieuwing van de jaren zeventig. Groene tuintjes die zijn aangelegd met wijkbudgetten van de afgelopen jaren. Een totaal vernieuwd straatbeeld in de hoofdstraat van de wijk.
Veel vrienden zijn opgegroeid in middenklassewijken. Mooie blokkenhuizen. Aangeharkte tuinjes. Grasveldjes ertussen. Veel groen in de wijk. De veiligheid wordt bepaald door het beeld dat zij voor ogen hebben. Vandaar de vragen hoe ik het aandurf om in Klarendal te gaan wonen. Vandaar het gevoel dat deze wijk toch geen achterstandswijk meer is.
Zorg voor een mooie omgeving, dachten we. Voor een mooi huis. Een mooie tuin. Als de omgeving gaat lijken op een middenklassewijk, gaan de inwoners zich daar vanzelf naar gedragen. Een misplaatste gedachte. De mooi heringerichte wijk is een volksbuurt gebleven. Een mooi huis met achter de voordeur de waarden en normen van de volksbuurter. Je verandert een mens niet door de buitenkant te veranderen.
Maar... is het wel zoveel beter in die mooie, groene middenklassewijk? Ga daar eens op een vrije zaterdag naar toe. Je vindt er wandelende mensen. Ieder gezin loopt met elkaar. Er wordt gegroet met een hoofdknikje of een beleefd goedendag. Maar daar blijft het bij. Het leven in dit soort wijken speelt zich af achter de voordeur en de hoog opgetrokken schuttingen. Veiligheid en rust boven alles. Ieder voor zich.
Iemand kan daar een week dood in zijn huis liggen zonder dat iemand het door heeft. De buurt kan er geschokt reageren als een bewoner ineens een crimineel blijkt te zijn. Hij was toch zo’n lieve en betrouwbare man? Het wereldbeeld geschokt. Het veilige wijkje herbergt een crimineel. Het sociaal gedachte wijkje blijkt asociaal te zijn.
Ik loop in onze wijk de deur uit en wordt vaak direct aangesproken. Als er iets aan de hand is, hoor ik het al vrij snel. Diepgaande gesprekken worden soms in alle openheid op straat of in het wijkcentrum gevoerd. Wat in de ene wijk achter de voordeur verborgen blijft, ligt bij de andere op straat. Dan vraag ik mij af: waar is de echte asociale wijk?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten