Ik heb met gemengde gevoelens gekeken naar de berichtgeving over Parijs. In het begin was ik nog geïnteresseerd, benieuwd naar de achtergronden. Maar toen mijn lokale dagblad al voor de zevende dag op rij met zwarte randen nieuws uit Parijs bracht, begon ik mij af te vragen wat voor nieuwsgaring dit nu was. Vrije nieuwsgaring of loutere propaganda? Want alles wat maar enigszins nuancerend was, werd geweerd of naar andere pagina’s gedirigeerd.
Het was duidelijk: die moslims, die moslims toch, wat deden ze ons aan? Waar hadden wij dit aan te danken? We hadden ze toch alle ruimte geboden, waarom maakten ze daar dan zo misbruik van?
Het bekende dubbele gevoel wat de goede lezer van mij kent bekroop mij weer. Want: vrij? Er lijkt zich een teneur af te tekenen waarin de moslim een tweederangs burger wordt. Iemand die bij de gratie van onze tolerantie hier mag wonen, maar voor de rest met heel veel argwaan wordt bekeken en benaderd. Enige tijd geleden organiseerde de gemeente Arnhem een gesprek over samen in Arnhem waarin groepen bewoners met elkaar in gesprek gingen over radicalisering. Met name de moslims spraken van de pijn die zij ervoeren over het tweederangs burger zijn. Goed opgeleid en enthousiast solliciterend naar een plekje op de arbeidsmarkt worden zij af geserveerd.
Een prachtig voorbeeld was een jongeman met lange baard en djellaba. Hij begon te spreken over zijn passies en liefde voor jongeren. Over zijn identificatie met moslims terwijl hij geen moslim is. Mar hij werd er wel vaak op straat over aangesproken. Hij ziet er toch uit als een moslim?
De hokjes doorbreken. Niet denken in termen van "jij bent zo en denkt zo, omdat je er zo anders uitziet, die andere achternaam draagt of dat andere geloof aanhangt". Ik was blij met die ene andere noot die tijdens de vele gesprekken werd gespeeld. Nationale knuffelmoslim Ali Bouali sprak zich uit als moslim en over het belachelijke daarvan. Want we hadden hem toch al aanvaard als rapper en nationaal humorist? Waarom dan nog verantwoording?
Gisteren kwamen de Nederlandse bisschoppen met de brief ‘Herbergzaam Nederland’, waar indringend werd ingegaan op de vluchtelingenvraagstuk dat voor sommigen direct verbonden is met de komst van ‘grote groepen moslims naar ons land’. De bisschoppen schrijven: ‘Goed samenleven is een verantwoordelijkheid van ons allemaal. Wij én de vluchtelingen hebben verplichtingen tegenover elkaar. Om in de vervulling van deze wederzijdse plichten vruchtbaar met elkaar op te trekken, dienen we de weg van de dialoog te bewandelen. Vanuit onze gemeenschappelijke verantwoordelijkheid voor zo’n dialoog kunnen we op zoek gaan naar goede oplossingen met respect voor iedere medemens’.
In Arnhem zijn we al met die dialoog bezig. De afgelopen maanden zijn wij, christenen en moslims in onze wijk, begonnen met bezoeken aan de plaatselijke moskee, kerk en synagoge. Om in gesprek met elkaar te komen. Niet veroordelend of vingerwijzend. Maar open en eerlijk. Als een kind dat verwonderd kijkt naar die mooie zeepbel, keken wij naar al het moois dat deze wereld heeft voortgebracht. Met de verschillen ontdekten we veel overeenkomsten. Die boden aanleiding voor verder gesprek. Elkaar onbevooroordeeld tegemoet treden om open te horen wat die ander bezig houdt. Is dat niet veel mooier?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten