maandag 31 juli 2017

Wanneer is het geloof nog heel gewoon?


Afgelopen zaterdag was de eerste aflevering. Andries Knevel op zoek naar de tijd dat het geloof nog heel gewoon was. Met een lied dat riekt naar het nostalgische "Het Dorp" van Wim Sonneveld. Zoals het dorp er altijd was, was het geloof er ook altijd. Zoals het dorp veranderde, zo veranderde het geloof. Zoals het dorp van toen er niet meer was, zo was het geloof van toen er ook niet meer.

In het omroepblad van de EO Visie las ik een kort gesprek met Andries Knevel over dit programma "Toen was het geloof nog heel gewoon". Aan het begin van de EO, in 1967, was het geloof nog heel gewoon en gingen hele volksstammen nog naar de kerk. De nostalgie spat van het artikel, en van het programma, af. Het gevoel dat het geloof van vroeger er niet meer is, dat mensenmassa's de kerk hebben verlaten. Dat kerken zijn doorverkocht naar hopelijk eerbare opvolgers, maar soms ook aan onheilige kinderparadijzen.

Een opmerking van Knevel in het omroepblad vind ik opmerkelijk: "Misschien moeten we samenklonteren om te overleven...". In een artikel over de Biblebelt in De Gelderlander lees ik dat veel Reformatorische christenen verdwijnen uit de steden in de Randstad om zich veilig te vestigen op de Biblebelt. Want daar kun je nog van harte christen zijn.

De ontzuiling en de daaropvolgende ontkerkelijking. De welvaart die de noodzaak van kerken heeft verkleind. Wat deden de orthodoxe kerken en evangelische gemeentes als reactie daarop? Ze startten gewoon een nieuwe zuil. Dachten daarmee de ontkerkelijking te kunnen tegengaan. Die zuilen lijken nu ook af te brokkelen en eenzelfde verandering lijkt in die kringen op te treden: mensen verlaten de kerk of gemeente om niet meer terug te keren.

Samenklontering... Wat doet dat met zout? Niet veel goeds vrees ik. Het gaat aan elkaar plakken en heeft een tegengestelde werking. Het zorgt ervoor dat het vies wordt en niet meer gebruikt kan worden. Waarom dan toch daarvoor kiezen? Wellicht uit angst voor het onbekende. Want wat je niet kent, is bedreigend. Als je een kleine minderheid in een grote seculiere meerderheid bent, komen vragen op je af over de zin van je geloof en wat het daar nog allemaal waard is. Maar wat is het geloof nog waard, als het niets meer betekent op de plaatsen waar het nog weinig wordt verkondigd?

Kan het zijn dat juist de verzuiling uiteindelijk de ontkerkelijking heeft veroorzaakt? Binnen de zuil leven is prettig en veilig. Maar het leert je niet om als gelovige midden in het leven te staan. Om te geloven in een wereld waarin de meerderheid niet gelooft, het niets interesseert en zich van God noch gebod iets aantrekt. Kom je buiten de zuil, dan merk je hoe veilig je altijd hebt gelooft en geleefd. En voor velen is de stap uit het geloof makkelijker, omdat het geloof voor hen niets meer betekent in die ongelovige wereld, die net zo gelukkig leeft als jijzelf.

Wij hebben zelf geleerd hoe het ook heel anders kan. Een geloof behouden te midden van een wereld die zich daar niets van aantrekt. Geloof dat niet gebonden is aan een plek, maar dat zich verbindt aan mensen en Degene die er aan de basis staat. Een geloof dat zich verbindt aan de wereld rondom, zonder dat de kern verloren gaat. Toen ik eens geïnterviewd werd door een studente die zelf niet meer naar de kerk ging en vertelde hoe we leefden en werkten, hoe Villa Klarendal zich wil verbinden aan de wijk en het leven van alledag, zei ze spontaan dat ze graag zo'n kerk dichtbij had. Want dan had ze het wel geweten. Dan had ze zich weer aangesloten aan zo'n kerk.

Geloof dat zich compromisloos aansluit bij het leven van mensen. Daar is blijkbaar veel behoefte aan. Dat merken we ook in onze wijk. Mensen blijven toch wekelijks komen en voelen zich verbonden. Door wekelijks te komen, is een spontane gemeenschap ontstaan. Die geen pretenties heeft. Die heel gewoon is. Ook al weten we en beseffen we dat het geloof toen maar ook nu helemaal niet zo gewoon is. De kerk op de heuvel, ver weg van het gepeupel. Of de kerk midden in de wijk, niet herkenbaar door het gebouw, maar door de mensen die zich daaraan verbinden/

1 opmerking:

Kees van der Griendt zei

Als we nostalgisch worden verlangen we terug naar vroeger. Het onderstreept niet onze passie maar onze passiviteit.
Als we dan willen terugkijken denk aan de uitspraak het bloed van de martelaren is het zaad van de kerk.
Jezus zelf gaf de hemel op om te dienen. Hij buiten de stad om te sterven. Kerk zijn is niet in het veilige gebouw maar in de confrontatie tussen het Koninkrijk van God en het koninkríjk van de duivel.
Ons leven is niet in het verleden maar geborgen in Christus in heden en toekomst.
Dat kleine kerkje wat Andries toonde is bij mij in Den Haag letterlijk om de hoek. Het spreekt mij van zichtbaarheid boven alle huizen eromheen zelfs mijn appartement. Ja we staan mogelijk aan de vooravond van een nieuwe tijd niet gebaseerd op good old religion maar op het openbaar worden van Christus en de zonen Gods.
Heb jij daar geloof voor?