Vorige week was Stuart Murray weer in Nederland. Voor een breder publiek van vooral PKN beleidsmakers verkondigde hij zijn boodschap dat we inmiddels in een tijdperk zijn aanbeland van Post-Christendom. Het Christendom, waarin christenen de meerderheid vormden in de samenleving, de cultuur doorspekt was van christelijke uitingen en kerk en staat zeer sterk met elkaar verstrengeld waren, is er niet meer.
Twee gevolgen daarvan, aldus Murray, is dat we als christenen een minderheid zijn geworden en dat we moeten leren om als christenen te leven in de marge van de samenleving.
In nagenoeg dezelfde tijd wordt de regeringspartij de ChristenUnie geconfronteerd met deze harde werkelijkheid. Als christenen een minderheid zijn, is het vreemd en onwennig hoe ze hier mee om moeten gaan als ze weer deel uitmaken van het centrum van de macht, de Nederlandse regering. Aan een onderwerp dat voor de ChristenUnie onbespreekbaar is en waarover afspraken zijn gemaakt in het regeerakkoord, de embryoselectie, wordt nu toch weer getornd. Embryo's met kans op borstkanker zouden moeten worden "uitgeselecteerd" (een mooi woord voor vernietigd of - in de visie van de ChristenUnie die een embryo beschouwd als leven - vermoord).
Ik ga hier niet inhoudelijk in op het onderwerp, omdat dit niet past binnen deze blog. Ik zie hier wel een van de problemen waarmee we als christelijke minderheid in een postchristelijke samenleving worden geconfronteerd. De Volkskrant kopt vanochtend terecht "Het schuurt tussen de Bijbel en de wereld". Regeren doet pijn. De buitenwereld ziet de grote invloed van de partij op de regering. In de laatste weken is de partij vooral beschuldigd van "fundamentalisme, rabiate ethiek en de dictatuur van de minderheid". Een regeringscrisis dreigt, omdat de ChristenUnie niet wil wijken voor het standpunt van de meerderheid van de samenleving.
Hoe stel je jezelf op als minderheid met zo'n geweldige verantwoordelijkheid? Het optreden van de partij is goed voor de achterban. Maar ik vraag mij af of dit de manier is waarop we als marginale groep in de minderheid moeten opereren. Er is volgens mij een uitweg en dat is de volgende.
Het debat over het onderwerp is maatschappelijk losgebarsten. Er worden argumenten voor en tegen naar voren gehaald. Dit is een mooi moment om het gehele onderwerp aan een maatschappelijk debat te onderwerpen. De samenleving heeft er behoefte aan gedegen argumenten te horen waarom er al dan niet aan embryoselectie zou moeten worden gedaan. Dat debat moet niet even in twee weken achter gesloten deuren in de regering worden gevoerd. Laat het eerst maar eens over aan de samenleving. Dan kunnen ook tegenstanders met niet-religieuze argumenten hun zegje doen. De regeringspartijen zouden zich vervolgens moeten committeren aan de uitslag van zo'n debat. Dat kan voor de ChristenUnie een nederlaag betekenen. Hiermee kunnen de partij en andere geloofsgenoten een profetisch geluid laten horen, waarnaar de samenleving al dan niet gehoor aan kan geven. Andere religieuze minderheden die eenzelfde visie aanhangen, zoals moslims en hindoes, kunnen dan ook hun argumenten naar voren brengen.
Hiermee kan recht worden gedaan aan de opdracht van een regeringspartij die als minderheidsgroep een overwegend seculier land bestuurd. Dat zal pijn doen. Maar het zal recht doen aan de positie van het christelijk geloof in de samenleving.
3 opmerkingen:
goed idee Rick, alleen: dat is lastig voor een partij die niet heeft gekozen voor de oppositie maar voor de regering. Als oppositiepartij kun je het je permiteren om principieel te zijn, als regeringspartij moet je compromissen sluiten en dat betekent water bij de wijn; maar je draagt wel mede verantwoordelijkheid voor het beleid.
Ik vraag me af of we zo blij moeten zijn met de CU in de regering. Regeringsverantwoordelijkheid nemen is niet de beste manier om een maatschappelijke discussie op gang te brengen, en het gevolg van het hele avontuur zou wel eens kunnen zijn dat straks nog sterker het beeld leeft dat christenen moraalrakkers zijn die als minderheidsgroep hun ouderwetse ideeën willen opleggen aan de hele samenleving.
Maar goed, het is makkelijk roepen vanaf de zijlijn, Rouvoet en co proberen het toch maar wel: Heer, zegen hen met een dubbele portie wijsheid...
In zekere zin heb je gelijk, Peter. Aan de andere kant kan een regeringspartij aangeven zelf niet alle macht te willen pakken als minderheidspartij en te zoeken naar de consensus in de samenleving. Door een brede maatschappelijke discussie kan het eigen geluid zo goed mogelijk worden gehoord en door anderen worden doordacht zonder direct te worden afgeslacht als mensen die zo nodig hun eigen standpunt aan anderen willen opleggen.
Overigens heb ik de inhoud van mijn blog ook aan Arie Slob (fractievoorzitter ChristenUnie) en Esmé Wiegman (woordvoerder ChristenUnie) gestuurd.
Esmé mailde gelijk terug:
Dank voor de bemoediging en het meedenken!
Ben benieuwd wat ze ermee gaan doen.
Een reactie posten