Een paar jaar geleden begonnen we met Villa Klarendal om een gemeente te stichten. De gemeente was in feite al ontstaan, maar moest nu worden omgevormd van Youth for Christ-wijkproject naar christelijke wijkgemeenschap.
Nu we anderhalf jaar verder zijn, is de wijkgemeente gedaald in de wijk. Dat blijkt ook uit hoe er in de wijk naar de gemeenschap wordt gekeken. Was het wijkproject een paar jaar geleden nog aangeschoten wild, waar andere kerken niet mee wilden samenwerken, nu wordt de gemeenschap gevraagd deel te nemen aan activiteiten van andere kerken. Er is regelmatig contact met de buurtpastor van de r.-k. kerkparochie.
We moesten een halfjaar geleden afscheid nemen van het kerkgebouw dat meer dan een eeuw als katholieke parochiekerk had gefungeerd. Daar kun je als medechristenen arrogant op reageren in de zin van ‘zie je wel, die kerk heeft zijn langste tijd gehad’. Wij kozen ervoor pijn te lijden met de wijkbewoners die de kerk van hun ouders, van hun doop, van hun huwelijk, van de begrafenis van hun ouders weer moesten teruggeven aan de wereld.
Daarom waren we met een afvaardiging bij de ‘ontheiliging’ van de kerk. Wij zijn met zijn allen een kleine groep in deze wereld. Lichaam van Christus in de buurt over de kerkmuren heen. En ja, als een lid lijdt dan...
De gemeenschap is er. Je zou het, net zoals de titel van het vrijdag gepresenteerde boek, Anders verder kunnen noemen. De gerichtheid op activiteiten maakt plaats voor duurzame relaties. Mensen klampen ons aan met persoonlijke vragen. We krijgen speelgoed en kleding van vrienden en collega’s om uit te delen. We zijn van gemeentestichter buurtpastor geworden. Maar anders dan in de gewone kerkgemeente, waar pastoraat wordt verleend aan degene die het lidmaatschap heeft aangevraagd, zijn we pastor voor de wijk. Pastor op straat, bij Albert Heijn, in het wijkcentrum, bij de carnavalsoptocht of bij mensen thuis.
De buurt is ons werkgebied. ‘Hoeveel mensen komen bij jullie?’ wordt me weleens gevraagd door christenen. Dat is zo lastig te beantwoorden, want dat gaat uit van de kerkgemeente en in het bijzonder de ‘zondagse eredienst’ als centrum van het leven. ‘We hebben wekelijks contact met driehonderd mensen in de buurt’ is dan mijn antwoord. Geloven die? Soms wel, soms nog niet helemaal en soms nog helemaal niet. Maar dat weerhoudt die mensen er niet van contact met ons te hebben. Dat willen wij ook onvoorwaardelijk en wederkerig met hen hebben. Licht. Zout. Aantrekkelijk. Pastor(str)aat.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten