Gisteren zag ik een uitzending van Knevel en van den Brink. Een van de gesprekspartners was Fatima Elatik, stadsdeelvoorzitter van het Amsterdamse Zeeburg.
Een geweldig gesprek met een bevlogen politica die er in alles voor uit durft te komen dat ze moslima is en tegelijkertijd de westerse waarden aanhangt. Het gesprek ging vooral over Geert Wilders en de vraag of zij hem nu echt met Hitler had vergeleken.
In deze komkommertijd een goede manier om een man en zijn beweging op een andere manier onder de loep te nemen dan de ongecensureerde manier waarop hij tot nu toe ruimte krijgt in de media.
Wilders, aldus Elatik, zet een Nederlandse bevolkingsgroep op een niet-Nederlandse manier te kijk, zonder eerlijk de politieke discussie aan te gaan. Ze zei het onomfloerst, op een manier die we weinig in het politieke jargon tegenkomen. Je zou kunnen zeggen dat ze de man met eigen middelen benaderde. Jammer dat Wilders tot nu toe dit soort discussies heeft gemeden en niet bereid is verantwoording af te leggen voor het door hem gevoerde beleid.
Opvallend in het gesprek waren de sussende woorden van Knevel, die maar kwam met de opmerking dat "we zo in Nederland niet met elkaar omgaan". Terwijl ik dat hoorde, vroeg ik mij af in hoeverre Knevel Nederland kent. In zijn omgeving van bovenmodaal verdienende (en in zijn geval zelfs boven-Balkenende) mensen is dit misschien de manier van leven. In wijken zoals Klarendal ben je een sul als je op een politiek-correcte manier probeert te discussiƫren. Daar laat je duidelijk je mening zien en horen. Dan weten mensen tenminste wat ze aan je hebben en waar je staat.
"Zo gaan we niet met elkaar om" betekent dus in feite: "zo gaan we als HBO+ in onze buitenwijken of beter niet met elkaar om". Zo'n opmerking sluit echter een bepaalde bevolkingsgroep uit, die andere standaarden kent en zich begrepen voelt door Geert en voorheen door hun Pim. Die zullen zich aangesproken voelen door de manier waarop Fatima haar visie verwoordde.
Voor het overige geef ik haar gelijk, met uitzondering van de vergelijking met Hitler. Mensen mogen niet in een onpersoonlijke groep worden geduwd, waarover alleen maar negatieve dingen worden gezegd. Dat er meer mensen van Turkse en Marokkaanse afkomst het criminele pad op gaan is een onomstotelijk feit. Zijn daarmee alle mensen van die afkomst crimineel? Het is duidelijk dat een deel van deze bevolkingsgroep zich aangetrokken voelt tot radicalere bewegingen. Moet de gehele bevolkingsgroep daar dan onder lijden?
Een moslim krijgt een gezicht als je hem of haar persoonlijk leert kennen. Dus is de oplossing voor het probleem niet de groep demoniseren, criminelen onder hen terug sturen en hen als niet-Nederlands blijven uitsluiten. De oplossing ligt in het bouwen van onderlinge relaties. Dan zullen mensen elkaar leren kennen. Dan zal er waardering komen voor de leefwijze van de ander. Dan zal blijken dat die ander niet eens zoveel anders is dan wij dachten. Achter de hoofddoek, de djellaba, de man op het gebedskleed zit een mens met angsten, vragen en persoonlijke verhalen. Door de relatie met die mens centraal te stellen en niet de theorie, ideologie of godsdienst die hij aanhangt, komt er ruimte voor nieuws.
En dat blijkt in ons land juist erg moeilijk. Net bleek uit een onderzoek naar waar bewonersinitiatieven in Vogelaarwijken aan besteed worden, dat er maar weinig geld gaat integratieprojecten. Wie weet gaan wij daar het een en ander in veranderen.
1 opmerking:
Weet je wat ik ook nog sterk vond? Haar analyse dat Wilders geen aandacht schenken niet helpt. Tenslotte zijn we al drie jaar netjes NIET op hem aan het reageren, maar hij blijft groeien.
Ik ben het wel met jou eens. Ook al ben ik dan een HBO+-er uit een buitenwijk. Ik word ook een beetje moe van dat we allemaal lief zijn tegen Geert, terwijl hij de rest van Nederland uitmaakt voor rotte vis. Wat mij betreft zijn Femke Halsema en Alexander Pechtold dan nog een beetje licht in de duisternis.
Een reactie posten